Etalagebenen is de volksterm voor ‘claudicatio intermittens’. De oorzaak hiervan is de aandoening perifeer arterieel vaarlijm (PAV). Bij deze aandoening zijn de slagaders in de benen vernauwd, waardoor te weinig zuurstof naar de spieren wordt aangevoerd. Hierdoor ervaart men krampachtige pijn of een doof gevoel in het been tijdens en na inspanning. Deze pijn treedt vaak op in de kuiten, maar kan ook in de bovenbenen of bilspieren optreden. Na rust verdwijnt de pijn, vanwaar de term etalagebenen: patiënten proberen de pijn te maskeren door noodgedwongen de etalage van een winkel te bekijken.
Etalagebenen worden veroorzaakt door slagaderverkalking. Bij slagaderverkalking worden de wanden stugger en dikker, waardoor vernauwingen optreden. Deze verdikkingen, ook wel plaques genoemd, worden veroorzaakt door een opeenhoping van gladde spiercellen en cholesterol. Door de vernauwing in de slagaders van en naar de benen, gaat het bloed trager stromen en ontstaat er een zuurstoftekort in de beenspieren bij etalagebenen. Slagaderverkalking is in principe een ouderdomsziekte. Het verkalken van de slagaders kan sterk versneld optreden door een aantal factoren als roken, een te hoge cholesterolgehalte, te weinig lichaamsbeweging en suikerziekte.
De eerste keus behandeling bij etalagebenen is gesuperviseerde looptherapie en leefstijlbegeleiding. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat gesuperviseerde looptherapie leidt tot een verbetering van de loopafstand, die vergelijkbaar is met de verbetering die behaald wordt middels een invasieve behandeling. Daarnaast verbetert de kwaliteit van leven en de algemene conditie door de actievere levensstijl.
Een traject gesuperviseerde looptherapie en levensstijlbegeleiding begint met een intake gesprek bij een van onze fysiotherapeuten, die is gespecialiseerd in etalagebenen. Tijdens dit gesprek worden de klachten en beperkingen in bewegingsmogelijkheden besproken. Ook zal de maximale loopafstand en conditie worden bepaald middels een loopbandtest of een andere aangepaste test. Gedurende het traject zal deze test meerder malen worden herhaald om de vooruitgang te kunnen bepalen.
Wat houdt zo’n traject in?
Op basis van de resultaten van de looptest en het klachtenpatroon stelt de therapeut samen met de patiënt een persoonlijk trainingsschema op. De eerste twee weken van dit schema zijn zeer intensief, zo’n 2 tot 3 trainingen per week. Het trainingsschema bestaat niet alleen uit lopen, maar ook uit fietsen, spierversterkende oefeningen en indien nodig aanpassingen van het looppatroon. Gaandeweg wordt de begeleiding afgebouwd.
Tijdens het lopen kan pijn worden ervaren. Om effectief te trainen, is het belangrijk om ‘door de pijn heen te lopen’. Dit is niet schadelijk voor het lichaam en verergert de aandoening niet!


